Hoewel het pas half november was kraakte de bevroren sneeuw onder onze voeten. Voorzichtig schuifelden we over een groen uitgeslagen glad bruggetje naar het toegangshek van de jachthaven. Het hek was dicht. “We zetten onze plastic tassen, de reismand met de twee katten en de slaapzakken op de grond. John, lid van dezelfde watersportvereniging en al decennia mijn zeilvriend, keek omhoog. “Shit, ik ben de sleutel vergeten”, zei hij onzeker. “Dat is wel een erg hoog hek en er zit prikkeldraad bovenop, geloof ik. Dan, opeens, keek hij mij hoopvol aan.
“Je koestert toch geen valse verwachtingen hé?, antwoordde ik streng, “jij zou de sleutel van het hek regelen!”
Na enige aarzeling trok John zijn jas uit en greep zich vast aan het gaas. Hij zuchtte eens diep en klom toen omhoog. Dit ging niet snel, daarom bestudeerde ik het verroeste hangslot. Ik trok eens aan het beugeltje. Dit ging probleemloos omhoog. Voorzichtig keek ik naar boven. John had niets in de gaten want hij probeerde net een been over de bovenrand van het hek te krijgen zonder verstrikt te raken in het prikkeldraad. Ik opende het hek een stukje en schoof er met de bagage doorheen. Met een hand door het gaas lukte het om het slot nu wel goed dicht te drukken.
Inmiddels zat John schrijlings op het hek. “ש₪☻שׂﭏﻂﻷ, ik zit vast, joh!” brulde hij in wanhoop naar beneden kijkend, maar natuurlijk wel naar de verkeerde zijde van het hek. “He joh, waar zit je nou??” Waar ben je gebleven?
Ik kijk vriendelijk omhoog: Hier , John, hier ben ik. Met een kreet en begeleid door nare scheurgeluiden rukte hij zich los van het prikkeldraad en sprong naar beneden. Hij greep me bij de jas en keek me verwilderd aan. “Hoe ben je binnengekomen? Is er nog een hek. En dat was natuurlijk gewoon open. Oh, wat zijn we weer leuk vandaag! Wat een goedkope manier om lol te maken!
“Er is geen andere ingang”, zei ik, “ en dat weet je ook best.
“”Maar hoe kan dat dan?”
“Heel simpel, John, een overwinning van de geest over de materie” “Als je iets werkelijk wilt lukt zelfs het onmogelijke”
Mokkend liep hij voor me uit naar de Siebrand, het oude 20 meterjacht dat ik zelf gedurende een periode van 5 jaar gerestaureerd had. Om hem een beetje op te vrolijken vertelde ik hem de ware toedracht. Het hielp weinig. Er zou toch iets sterkers aan te pas moeten komen.
Zoals elk jaar hadden John en ik afgesproken om een lang weekend in november te gaan zeilen op het IJsselmeer. Vrijdagochtend om zeven uur stond John met zijn Rover P4 en zijn twee Siamese katten bij mij voor de deur.
John was al sinds de middelbare school een van mijn vrienden. Hij bezat een onvoorstelbare hoeveelheid boeken, die zijn hele huis in beslag namen. Op al zijn kennissen maakt hij daardoor een zeer erudiete indruk. Volgens John is dit echter zonder al te veel inspanning voor iedereen weggelegd. Het enige dat je moet doen is de Telegraaf wegdoen en een abonnement nemen op het NRC of de Volkskrant. Lees de Kunstbijlage, het Wetenschapskatern en de boekrecensies.
Dit kost enige zelfdiscipline. Het kan ook geen kwaad om één keer per jaar een boek te lezen, het liefst van een onbekende IJslandse of Peruaanse schrijver en daar dan op verjaardagfeestjes uit te citeren.
Essentieel is het ook om superspecialist te zijn op een smal kennisgebied. Op onverklaarbare wijze levert dit een enorm respect op van anderen. Volgens John kun je als superspecialist op andere gebieden probleemloos op een beneden-embryonaal kennisniveau functioneren. Zo was hij zelf gespecialiseerd op het gebied van fibulae, Romeinse gespen.
John was nooit getrouwd geweest. In zijn leven was slechts ruimte voor twee zaken: Zijn vliegende katten en zijn Rover P4.
Zijn hele leven al had John minstens twee katten. Hij sliep op een Boxspring,een soort superverend matras. John leerde zijn katten vliegen vanaf de boxspring. Dat ging als volgt: Hij legde de kat op het bed ,duwde hem zachtjes in de matras en liet hem terugveren. De kunst was het nu om steeds harder te duwen zodat de kat steeds harder terugveerde. Intuïtief voelde John dan dat het juiste moment gekomen was om na een laatste duw de kat los te laten Deze vloog dan omhoog en bleef dan even in de lucht hangen. Zowel John als zijn katten waren verslaafd aan deze unieke vorm van vliegsport.
We dronken een fles whisky half leeg en kropen in onze kooi, ieder met een kat aan het voeteneinde.
De volgende ochtend voeren we vanuit de jachthaven in Spaarndam het Noordzeekanaal op, richting IJsselmeer. De katten zaten gezellig op het kajuitdak om zich heen te kijken.
Tevreden stak John een pijp aan. Peinzend keek hij me aan. “Geluk”, zei hij is een kwestie van op het juiste moment de juiste keuze maken. Mijn eerste vriendin was de mooiste en liefste vrouw die je kunt voorstellen. Een minpuntje was dat ze allergisch was voor katten. Dat genies en gesnuif, daar werd ik wel eens niet goed van. Bovendien had ze last van reisziekte. Vooral in mijn P4 had ze daar heel veel last van. Ze zat altijd met een kotsemmertje in de auto. Ik moest daar tenslotte wat aan doen.”
Omdat we inmiddels voorbij de Zeeburgerbrug waren zette ik het roer vast en liep naar voren om de zeilen te hijsen.
Toen ik weer in de kuip aan het roer zat,zag ik hoe John in de kajuit tevergeefs probeerde één van de Siamezen te laten vliegen op de bakboordskooi. Het werd weer een mooi zeilweekend.